– – –
tag: landschap & ruimte
Levenslijnen
een verkenning van de cultuurhistorische betekenis van de infrastructuur in Zeeland
Schouwen-Duiveland en het water
Voor het streek- en landbouwmuseum Goemanszorg in Dreischor ontwikkelde Inhistory een driedelige wisselexpositie over Schouwen-Duiveland en het water.
– – –
De ruimte in Brabant: groen en rood
Pleidooi om in de ruimtelijke ordening ook stil te staan bij de onderliggende, subjectieve beleving van ruimte. Ruimtelijke inrichting en ruimtegebruik zijn dynamische factoren. Boeren, burgers en natuurbeschermers hechten andere beelden en betekenissen aan ruimte. Tekst van een lezing gehouden bij de presentatie van het derde deel van de Geschiedenis van Noord-Brabant, 1796-1996. In verkorte versie gepubliceerd als Hef tegenstelling rood en groen op, in Agrarisch Dagblad, 24 mei 1997.
– – –
De ruimte in orde?
De ruimtelijke ordening in Noord-Brabant veranderde na de Tweede Wereldoorlog sterk van karakter. Dit was een gevolg van de toenemende welvaart en daarmee gepaard gaande sociale, economische en technologische ontwikkelingen. De Noord-Brabantse bevolking legde een steeds groter beslag op de ruimte. Dat maakte een intensievere en omvattender ordening daarvan noodzakelijk. De overheid stelde zich ten aanzien van het ruimtegebruik steeds meer op de voorgrond door sturend en controlerend op te treden. De ruimte werd ingedeeld in zones of er werd gewerkt volgens een hiërarchische opbouw van kernen. De Welvaartsbalans, een provinciaal ontwikkelingsplan uit 1965, maakte voor het eerst onderscheid tussen landelijke en stedelijke gebieden.
– – –
Het begin van een ruimtelijke ordening
De ruimte in Noord-Brabant kenmerkte zich in de negentiende eeuw door haar grotendeels landelijke karakter. De steden waren nog van een beperkte omvang en strikt begrensd. Het landelijk gebied bestond voor een groot deel uit woeste gronden. Hier rijst het beeld van een ‘lege’ provincie.
– – –
De ruimte wettelijk geordend
De snelle bevolkingsgroei, verbetering van de verkeersvoorzieningen en industrialisatie vergrootten aan het eind van de negentiende eeuw in Noord-Brabant de ruimtelijke problemen. De huisvesting van mensen, bouw van fabrieken, vrijetijdsbesteding en opbouw van de infrastructuur legden een steeds groter beslag op de ruimtelijke omgeving. De ruimtelijke orde was in beweging en de overheid ondernam steeds meer pogingen om dit proces te sturen.